'Uw Naam worde geheiligd'.
Dat is: Geef ons eerstelijk,
dat wij U recht kennen, a
en U in al Uw werken,
in welke Uw almachtigheid, wijsheid,
goedheid, gerechtigheid, barmhartigheid
en waarheid klaarlijk schijnt,
heiligen, roemen en prijzen; b
daarna ook dat wij al ons leven,
gedachten, woorden en werken,
alzo schikken en richten,
dat Uw Naam om onzentwil niet gelasterd,
maar geëerd en geprezen worde. c