Opdat Hij van stonde aan,
in het begin onzes gebeds,
in ons de kinderlijke vrees en toevoorzicht
tot God verwekke,
welke beide de grond onzes gebeds zijn,
namelijk, dat God onze Vader door Christus geworden is,
en dat Hij ons veel minder afslaan zal
hetgeen dat wij Hem met een recht geloof bidden,
dan onze vaders ons aardse dingen ontzeggen. a
Of wat mens is er onder u, zo zijn zoon hem zou bidden om brood, die hem een steen zal geven? En zo hij hem om een vis zou bidden, die hem een slang zal geven? Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal uw Vader, Die in de hemelen is, goede gaven geven dengenen, die ze van Hem bidden! MattheĆ¼s 7:9-11
En wat vader onder u, dien de zoon om brood bidt, zal hem een steen geven, of ook om een vis, zal hem voor een vis een slang geven? Of zo hij ook om een ei zou bidden, zal hij hem een schorpioen geven? Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader den Heiligen Geest geven dengenen, die Hem bidden? Lukas 11:11-13